11 augustus 2011 | Door: sjoerdvandenberg
De volgende ochtend om 5 uur op, om vroeg richting de Olga’s te rijden. Dat zijn rotsformaties net als Uluru, maar dan meerdere bij elkaar (36) en van verschillend formaat. Daar hebben we een wandeling gemaakt van drie uur, terwijl langzaam de zon opkwam. Een schitterend gezicht, ik zal proberen zo wat foto’s te plaatsen. Onderweg veel moois gezien aan rotsen, kleuren, planten en bloemen en ook een aantal kangoeroes. Ze kwamen vlak langs ons, dat staat op een filmpje gelukkig.
Bij het kamp geluncht, steaks enz die over waren van de bbq de avond ervoor, en naar Kings Creek Station gereden. Een cattle station waar we zouden overnachten. We hebben daar met zijn allen het eten klaargemaakt, waarbij Steve vervolgens op het vuur (vrij groot) ging koken. Alles ging in speciale pannen (kip, groenten, curry enz) die op het vuur anderhalf uur konden doorkoken. Superlekker gegeten. Ook had hij zelf brood gebakken. Echt lekker allemaal. Dit keer wat langer aan het kampvuur gezeten, sterren gekeken (met uitleg over de sterren die je zag, de sterrenbeelden, Jupiter, de melkweg) en daarna geslapen. Dit keer mijn muts opgedaan, goed dat ik hem meehad. Weer erg koud, maar weer een heel mooi uitzicht. Wel kort geslapen, ik denk niet langer dan drie uur. Maar als je daar toch bent kun je beter meteen gebruik maken van de speciale uitzichten vond ik. In tenten slapen kan altijd nog.
Vijf uur weer op, en na een douche en ontbijt naar Watarrka National Park gereden, ook wel Kings Canyon genoemd. Diegenen die in Amerika naar de Grand Canyon geweest zijn, weten hoe zoiets eruit ziet. Kings Canyon is dan wel minder groot, toch was ook deze wandeling weer superindrukwekkend. Ten eerste door de zonsopkomst, met al die rode rotsen erg mooi om te zien. Een wandeling gemaakt over de ‘rim’ van de canyon, waarbij Steve weer van alles vertelde over de planten en dieren, de steenformaties, het ontstaan van de canyon, de fossielen van schelpen en zeedieren die miljoenen jaren geleden hier leefden toen deze woestijn nog zee was. Tijdens de wandeling liepen we naar de Garden of Eden. Een soort kleine vallei in de canyon waar al het water naartoe stroomt waardoor er daar allerlei verschillende bomen en planten groeien. Echt een bijzondere plek om even te zitten.
Na de wandeling teruggereden naar Alice Springs. Met veel tussenstops. Zo hebben we geluncht onderweg tussen de dingo’s (wilde honden), hebben we verschillende fossielen gezien, een plek waar miljoenen jaren geleden een krater is ingeslagen (zometeen op google kijken, je schijnt een grote cirkel ten westen van Alice te kunnen zien, enkele kilometers lang) waar de rotsen door de kracht van de inslag omhoog zijn geworpen en we kwamen nog flinke bosbranden tegen waardoor we moesten omrijden.
Rond zes uur was ik terug in het hostel. Drie bijzondere dagen meegemaakt. De groep was gezellig, veel Fransen, een aantal Oostenrijkers en een Belgisch gezin. De tourguide Steve was top, veel verteld, leuke muziek onderweg laten horen, passend bij de verschillende plaatsen. In het hostel gegeten met de nieuwe kamergenoten, rond elf uur gingen we naar bed. Nu blijf ik hier tot vier uur, dan vertrekt de bus richting de Ghan. Een lange reis, 22 uur, maar volgens mij ook weer bijzonder om mee te maken.
Voorlopig dus even geen nieuw verslag, zaterdag ben ik weer 🙂 Ik ga nu proberen wat foto’s te uploaden. Ik heb er rond de 600 gemaakt, dus wordt even kiezen.