KANSENGELIJKHEID BEGINT BIJ ONS ALLEMAAL
‘Begint kansenongelijkheid al in het onderwijs?’ Zo luidt de titel van een krantenartikel in het Haarlems Dagblad van woensdag 28 augustus. Dit naar aanleiding van het nieuws dat steeds meer ouders zorgen hebben om de schoolspullen, zoals verplichte laptops, voor hun kinderen te kunnen betalen. Mijn eerste gedachtegang was dat de kop overbodig was. Kansengelijkheid begint al bij de geboorte van kinderen en wordt versterkt naarmate kinderen ouder worden, ook in het onderwijs. Maar er zijn nog zoveel andere factoren die invloed hebben: waar groeit een kind op op, in wat voor gezin, hoe is de directe omgeving? En dan hebben we het nog niet over de duurbetaalde bureaus die bijles verzorgen in (foutloos) rekenen en begrijpend lezen. Met overigens vervelende reclames die de hele zomer dagelijks te zien en horen waren bij de Publieke Omroep. Of de even zo duurbetaalde opvang in Amsterdam waarbij de uitjes niet gek genoeg kunnen. Maar goed, dit zijn persoonlijke irritaties.
Er is een andere vraag die naar mijn idee gemist wordt in de hele discussie over kansengelijkheid. Het lijkt steeds weer te gaan over beter onderwijs, betere leerkrachten en beter kijken naar de mogelijkheden om door te stromen naar een ‘hoger niveau’. En vooral dat laatste stoort mij. Want hoe ‘gelijk’ is het als we steeds weer de cognitieve prestatie op het hoogste podium tillen? Als we maar blijven praten over opstromen en afstromen, beter leren rekenen en begrijpend lezen, een ‘hoger niveau’ proberen te halen. Of een doorstroomtoets invoeren die nog eens extra de nadruk legt op rekenen en taal bij de advisering voor de middelbare school. Waarom gaat het vooral dáár over bij kansengelijkheid?
Moet het niet meer gaan over onze houding, onze maatschappij, ons onderwijssysteem en de gebrekkige mogelijkheden voor kinderen om op diverse manieren te ontdekken en te laten zien waar ze goed in zijn? Dat we niet de theoretische opleidingen als norm zien maar veel meer inzetten op het belang van de diversiteit in opleidingen en beroepen. Kun je alleen maar slagen in het leven als je de HAVO hebt afgerond? Of kunnen we met zijn allen vakmanschap promoten, en het belang van een goede aannemer, arts, hovenier, leerkracht, rechter en loodgieter aan elkaar gelijkstellen? En, belangrijker nog, daar ook naar handelen in onze maatschappij, met name in de waardering op alle mogelijkheden gebieden. Of is dat een utopie?
Ik zag deze zomer op straat eenzelfde principe: het bouwhekdoek met de tekst ‘Niet ieder kind wordt later arts of advocaat. Leer je kinderen dat het oké is om met je handen te werken en toffe dingen te bouwen’.
Kansengelijkheid begint bij ons allemaal.
En ja, maak alle (verplichte) schoolmiddelen voor alle kinderen gratis beschikbaar.
Categorie archieven: Geen categorie
MAAK KINDEREN VEERKRACHTIGER!
MAAR WIE MOETEN DAT DOEN?
Gisteren las ik een artikel in Het Parool over de bezorgdheid om suïcide onder jongvolwassenen. Zoals in het artikel werd gequoot: ‘Elke jongere die uit het leven stapt door zelfdoding is een zorgelijk feit.’ De zin die volgde: ‘Jongeren leren op school van alles, maar ze krijgen geen lessen over hoe om te gaan met teleurstellingen in het leven,’ zette mij aan het denken.
Ja, educatie is erg belangrijk. Kortgeleden woonde ik een lezing voor leerkrachten bij waarin veerkracht centraal stond. En ja, we moeten zorgen dat kinderen veerkrachtiger worden en leren omgaan met de imperfectie van het leven. Alleen zoals zo vaak wordt dit meteen, en alleen, bij het onderwijs op het bordje gelegd.
Maar wacht even…
Zijn leerkrachten tegenwoordig totaal eindverantwoordelijk voor de ontwikkeling van onze kinderen? Waar blijft de opvoeder in dit verhaal? Worden teleurstellingen in onze maatschappij van nu überhaupt wel geaccepteerd?
Steeds meer kinderen groeien op in een beschermende wereld. Had je vroeger de curlingouder die in de rol van veger de weg voor hun kind, de curlingsteen, schoonveegde, vandaag de dag laten veel ouders hun kind tot het eindpunt van de curlingbaan niet meer los. En dan nog het liefst uitkomend op de beste plek. Mét een post ervan op sociale media. Want kijk hoe goed mijn kind het doet!
Lukt het hen zelf niet, dan wordt snel externe hulp ingeschakeld. De bijlesbureaus, tegenwoordig veelal gerund door leerkrachten die als Zzp’er meer denken te verdienen én minder uren willen maken, worden nog steeds uit de grond gestampt. En dan blijft het niet alleen bij extra oefenen maar krijgen we ook te maken met opmerkingen als: ‘Hij doet het in de één-op-één begeleiding zó goed, dat de bijlesdocent zegt dat het schooladvies wel een niveau omhoog kan.’ Het gaat hierbij om een totaal andere leeromgeving met andere eisen om te komen tot leren, waaraan zo’n conclusie wordt verbonden. Op die manier creëren we kinderen die zich alleen kunnen ontwikkelen wanneer hun omgeving perfect aan hen alleen is aangepast. Zorgt dat voor veerkracht? ‘Gefeliciteerd met jouw diploma, en veel sterkte in de maatschappij.’
Bij de particuliere en dus goed betaalde naschoolse opvang zijn de activiteiten steeds spectaculairder. Kinderen worden vermaakt en hoeven daar zelf bijna niets meer voor te ondernemen. Het kan niet gek genoeg, dus dat wordt de norm.
Logeren heet tegenwoordig een slaapfeestje. Want zelfs dat moet bijzonder en uniek zijn. En de weekenden zitten zó vol dat kinderen op maandag regelmatig oververmoeid naar school komen.
Als je kijkt naar de maatschappij van nu is het individu steeds belangrijker geworden. In combinatie met het laten zien aan de buitenwereld hoe leuk het allemaal is en hoe goed het allemaal gaat. We overvragen kinderen terwijl we ze niet meer leren om iets zélf te doen, te ondernemen, te vervelen, te leren van fouten, te overdenken en op zoek te gaan naar alternatieven. Terwijl juist dat een kind veerkrachtiger maakt.
Dus aandacht voor hoe om te gaan met teleurstellingen zou zeker een grotere rol moeten krijgen. Dat gebeurt overigens al. Er zijn veel interessante sprekers, zoals eerdergenoemde Marcel van Herpen, die dit onderwerp aan de kaak stellen.
Maar dit soort grote problemen kun je niet bij het onderwijs alleen neerleggen. Dat doe je met elkaar.
Het gaat pas goed als het goed gaat als het fout gaat
Politici: luister, trek het je eens aan & geef het goede voorbeeld!
Eén van de grote thema’s in groep acht is ‘Stem op mijn partij’. De kinderen krijgen les over hoe de politiek in Nederland werkt, denken na over problemen in de wereld en gaan op zoek naar oplossingen. Ze maken eigen partijen, schrijven een verkiezingsprogramma en uiteindelijk wordt er toegewerkt naar de einddebatten. Belangrijk daarbij is dat elke mening telt en er goed naar elkaar geluisterd wordt. Luisteren, reageren, de ander proberen te overtuigen zonder daarbij persoonlijk te worden.
Kijkend naar het ‘debat van Nederland’ kwam ik tot de conclusie dat we vooral niet naar praktijkvoorbeelden moeten kijken dit jaar. Sterker nog, andersom is misschien een beter idee. De lijsttrekkers die vooral veel door én langs elkaar heen praten zouden nog een hoop kunnen leren van de aankomende generaties.
Gisteren had ik het in de klas over een quote die ik onlangs leerde: ‘Je hoeft nooit tegen de ander op te kijken, maar ook niet op de ander neer te kijken’. Pestgedrag in groepen is één van de meest moeilijke dingen om grip op te krijgen. Daar zou ik een heel blog aan kunnen wijden. Je ziet niet alles, je hoort niet alles. De grens van plagen tot pesten is niet altijd duidelijk. Maar er zijn een hoop dingen waar je als volwassene wel invloed op hebt, en het goede voorbeeld geven is één daarvan. Dat zouden de lijsttrekkers van nu zich mogen aantrekken.
Wat wordt er slecht naar elkaar geluisterd. Wat wordt er neergekeken op de ander. Wat wordt er veel op de persoon gespeeld. Zelfs opmerkingen over het postuur van iemand. De ene lijsttrekker maakt een opmerking, de anderen staan erbij en zeggen er niets over. Een slechter voorbeeld voor kinderen kun je haast niet geven. En dan wel spreken over ‘premierwaardig’?
Hopelijk passen de lijsttrekkers hun toon aan, zeker aankomende zondag bij het Jeugdjournaaldebat. Want anders verpesten ze niet alleen de huidige politieke discussie, maar ook die van de aankomende generatie. Een generatie die overigens al met genoeg uitdagingen te kampen krijgt waar ze niet om gevraagd heeft. Laat de politici daar eens over in discussie gaan met elkaar en tot gezamenlijke oplossingen komen.
Laat zien dat politiek wél ergens over gaat.
Het recht op perspectief
Elke vorm van aanslagen en verschrikkelijke slachtpartijen zoals die nu plaatsvinden in Israël zijn afschuwelijk en niet te rechtvaardigen. Problemen en, ook gigantische, meningsverschillen los je op door gesprek en diplomatie. Maar toch zetten deze gebeurtenissen mij aan het denken.
Wat zouden wij doen? Als Nederland na de Tweede Wereldoorlog geen hulp had gekregen? Als generatie na generatie in armoede zou opgroeien, zonder enig zicht op een betere toekomst? Zou er dan ook een voedingsbodem voor actie en geweld zijn ontstaan? We zullen het nooit weten, want wij kregen wel de hulp die nodig was.
Iedereen heeft behoefte aan mogelijkheden. De twintiger in Nederland die niet zijn hele leven lang thuis wil blijven wonen, maar op dit moment niet in de woningmarkt op kan. De boer die moet stoppen met zijn bedrijf, maar geen idee heeft wat de toekomst dan gaat brengen. De mensen die, ook in Nederland, in armoede opgroeien en daaruit willen komen door bijvoorbeeld een opleiding te volgen. De toenemende hoeveelheid mensen voor wie er geen enkele mogelijkheid op een betere toekomst in eigen land lijkt te zijn.
Iedereen verafschuwt de beelden die we op dit moment te zien krijgen. Vaak houdt het daarbij op en gaan we weer door met ons leven. Maar als we de vluchtelingenstromen tegen willen gaan en problemen in de wereld willen oplossen vraagt dat om hulp, verbinding en actie. Leiders in de wereld zullen met elkaar meer hun best moeten doen om mensen uitzicht te bieden op verbetering.
Niet de zogenaamde American Dream, waarbij de verschillen enorm zijn en een enkeling in staat is om dromen te verwezenlijken. Nee, het gaat om stappen kunnen maken. De mogelijkheid dat je zélf in staat bent, soms met enige hulp, een stap verder te komen in je leven. Al zijn die stappen maar klein.
Er zijn al veel rechten van de mens. Maar eentje mis ik en zou ik er graag aan toevoegen: het recht op perspectief. Help mensen in eigen land verder te komen. Geef ze een reden én de mogelijkheid om daar hun leven op te bouwen.
Bied de mensen perspectief. Dat recht zou iedereen moeten hebben.
Lentekriebels
Of de lente nu wel of niet begonnen is, daar zijn de meningen over verdeeld. Volgens meteorologen gaat het om 1 maart, de astronomen zeggen 20 maart en de biologische lente zou eind februari al gestart zijn. In elk geval zijn de kriebels bij de meeste volwassenen op social media inmiddels flink aanwezig. Want ‘De week van de lentekriebels’ komt eraan en dat zorgt voor veel opschudding bij de tweetende ouders onder ons.
Zo ook bij de ‘Alwetende’ Wierd Duk. Hij noemt dat scholen er niet zijn om zich bezig te houden met opvoedkundige taken, maar vooral met vaardigheden als rekenen en taal. Als je meer van zijn reacties leest zou je kunnen denken: in zijn tijd was alles beter. Buiten het feit dat Wierd misschien even moet kijken op www.curriculum.nu om te lezen dat onderwijs meer behelst dan rekenen en taal, toch even het volgende:
Tja, vroeger was er inderdaad zoveel anders…
Zo gaven leerkrachten nog gewoon les aan een klas van 25 kinderen, met maximaal drie verschillende niveaus. In plaats van het werken met 30 individuen met schoolwerk op maat, waarvan de ouders met wekelijkse regelmaat aangeven welke wensen zij hebben voor hún oogappel. En wat er natuurlijk, naast de wekelijkse bijlessen, gedaan moet worden om toch minimaal dat havo/vwo advies binnen te kunnen halen.
Toen namen ouders de opvoedkundige taken voor hun rekening. Ze dronken na schooltijd thee met hun kind en voerden gesprekken, bijvoorbeeld over seksualiteit. Nu zitten kinderen vaak tot 18.00 uur op de opvang omdat beide ouders werken.
Ach ja, vroeger, toen de kinderen na schooltijd nog buiten speelden. Of op televisie naar kinderprogramma’s keken. Waar ze nu vaak binnen zitten en zonder enige beperking of context op youtube allerlei filmpjes bekijken. Die vervolgens ook de klas binnenkomen. Of via de groepsapp natuurlijk, die vanwege de enorme hoeveelheid berichten lang niet door alle ouders gecontroleerd wordt.
Tijden veranderen, kinderen veranderen. En het onderwijs heeft zich daarop aan te passen. Dat is al moeilijk genoeg. En het klopt daardoor niet dat volwassenen het huidige onderwijs altijd maar vergelijken met dat van hun eigen jeugd.
Sommige dingen veranderen niet. Seksuele ontwikkeling, dat vonden en vinden veel kinderen hartstikke interessant. En maakt nog steeds onderdeel uit van de kerndoelen. Vaak wordt in groep 8 gestart vanuit het, anoniem, opschrijven van vragen die de kinderen hebben. Misschien moeten scholen voortaan deze lijst met vragen naar de ouders opsturen, in de hoop dat zij tijd willen vrijmaken om hier uitgebreid met hun kind over te praten?
Laat ik eindigen met een passage van diezelfde website www.curriculum.nu (leestip Wierd):
‘Leerlingen leren hoe zij de wereld op verschillende manieren kunnen bekijken en doorgronden. Ze leren dat kennis over het verleden ons helpt het heden te begrijpen. En hoe mensen verschillend kunnen aankijken tegen de maatschappij.’
Steeds meer ouders denken dat de school waar hun kind op zit zich aanpast aan hún eigen waarden, idealen en overtuigingen. Tegen zou ik willen zeggen: dát deel hoort misschien thuis bij de opvoeding, maar de school is er voor iedereen. Net als de echte wereld. Hoewel ook daar de saamhorigheid steeds verder te zoeken is.
Volwassenen, met name op social media, hebben nog veel te leren.
Kijk om je heen
Iemand uit mijn facebookkring schreef een tekst onder de titel ‘Niets is wat het lijkt’. Daarin vertelt hij over een virus dat bewust de wereld in is geholpen, dat agenten bewust rellen uitlokken en dat alle maatregelen die genomen worden overbodig zijn.
Dit doet pijn.
Pijn vanwege een vriend van mij die bij de politie werkt en keihard werkt om andermans veiligheid te waarborgen. Tegen vandalen die menen dat protesteren hetzelfde is als stenen gooien, ramen inslaan en spullen van anderen vernielen.
Pijn vanwege de zorgmedewerker, die dagelijks te maken heeft met ziekte en sterfte vanwege Corona. Mede hierdoor kan de reguliere zorg niet altijd meer gegeven worden.
Pijn vanwege de mensen die in de horeca of detailhandel werken en moeten toezien hoe hun zaken vernield worden.
Maar vooral pijn omdat het in mijn ogen onnodig afbreuk doet aan het land waar we met elkaar wonen.
Het is verdrietig om te zien dat er zoveel argwaan en wantrouwen is. Tegen de overheid, tegen de politie, tegen de zorg. Maar het maakt mij vooral kwaad dat mensen hier misbruik van maken. Door met complottheorieën te komen. Door mensen bewust tegen elkaar op te zetten.
Ons prachtige land wordt op deze manier stukje bij beetje kapot gemaakt. En dat valt niet te accepteren. Dat wordt terecht hard aangepakt. Vrijheid van meningsuiting is een groot goed. Recht op demonstratie ook. Maar daar hoort een verantwoordelijkheid bij. Precies dat maakt het verschil.
Neem je die verantwoordelijkheid niet, dan maak je ons land en alles wat door zoveel mensen is opgebouwd moedwillig stuk. Dát is waar populistische politici voor staan.
Ik hoop dat anderen deze verantwoordelijkheid wél nemen. Luister naar elkaar. Luister naar wat er leeft. Zet anderen niet weg als wappies en gekkies. Want we weten inmiddels heel goed wat er gebeurt als ontevredenheid wordt gevoed door nepnieuws en indoctrinatie.
Dat is waarom de aankomende verkiezingen extra belangrijk zijn. Zoals De Dijk al zong: ‘Tuurlijk zijn er hufters… maar kijk om je heen, wij zijn er ook nog, wij zijn met de meesten.’
Hopelijk komen we weer nader tot elkaar, via het woord. Want laten we het over één ding eens zijn: dit land mág en zál niet kapot worden gemaakt door een kleine groep relschoppers die door middel van geweld hun stem willen laten horen.
Een stem laat je hóren. In een gesprek, in de krant, of bij verkiezingen. Gebruik dat recht.
Wij zijn er ook nog
Wij zijn met de meesten
Met mensen die snappen hoe je als vriend
Door de verschillen heen over de grenzen
Elkaar recht in de ogen kunt zien
Kijk om je heen
(De Dijk, Recht in de ogen)
Perspectief
Perspectief
voor de zorgmedewerker, die al jaren onderbetaald belangrijk werk verricht en waar we afgelopen jaar nog eens duidelijk op gewezen werden
voor de ondernemer in de horeca, die weer wil nadenken over opbouw en nieuwe plannen ontwikkelen
voor de inwoner van Groningen, waar de scheuren in de huizen zijn ontstaan door gasboringen waar heel Nederland van heeft geprofiteerd
voor de patiënt, die op dit moment niet geholpen kan worden wegens gebrek aan zorgpersoneel en capaciteit
voor elk kind, in welk gezin en welke buurt het ook opgroeit. De documentaire ‘Klassen’ brengt de kansenongelijkheid en belang van goed onderwijs mooi in beeld
voor de starter op de woningmarkt, die op dit moment geen enkele kans maakt om een betaalbare woning te vinden
voor de leerkracht, die graag het onderwijs wil bieden dat nodig is maar te maken krijgt met te grote klassen, te veel administratie en allerlei verwachtingen ipv de noodzakelijke ruimte, begeleiding en waardering
voor de gedupeerde van de toeslagenaffaire, die eindelijk eens gerechtigheid verdient
voor de Nederlander, die uitgedaagd wordt mee te doen en verantwoordelijkheid te nemen, maar daar ook de ruimte en passende hulp bij krijgt
vult u de nummer tien aan?
Perspectief
Shame on you (Google translate)
Dear mr President, Shame on you! That sounds like a small child being scolded. And since you behave like that, that's also an appropriate sentence. A leader of a free country like the United States represents his or her people. You started with the motto "Let's make America Great again." You can now replace this with "Let's make the Republicans, and only the Republicans" great again. Nothing "America". Only like-minded people deserve your attention and respect. After four years, you are still not acting like a president but like a little child. A small child who starts to cry in the face of adversity. You don't tolerate criticism, just like-minded yes-men who don't correct you. Because if someone does, they can leave. You think the world can be made, and everything must make way for it. But take it from me, we all make the world. We need everyone for that: man and woman, republican and democrat, low and high educated, rich and poor. We are the world together. And you can still lie, cheat and shout so loudly. Ultimately, people will get through you and will triumph over honesty, sincerity, and real leadership. Let's hope that in four years from both sides two real leaders will emerge to actually make the United States Great again. A country where all residents get fair opportunities. A country that opens up to the world and contributes to the great challenges of the future. Because those challenges concern us all. And then the world is suddenly a small but unique planet in a great universe that we must cherish together. There is always hope. I can see that in the children I work with on a daily basis. These children are more mature than you do as president. Who have an eye for each other, learn from each other and look into the future together with confidence and with positive ambition. We really don't need people like you for that. Shame on you!
Shame on you
Beste president,
Shame on you! Dat klinkt als een klein kind die een standje krijgt. En aangezien u zich zo gedraagt is dat ook een passende zin.
Een leider van een vrij land als de Verenigde Staten staat voor zijn of haar volk. U begon met het motto ‘Let’s make America Great again’. Inmiddels kunt u dit vervangen door ‘Let’s make the Republicans, and only the Republicans’ great again. Niks ‘America’. Alleen gelijkgestemden verdienen uw aandacht en respect.
Na vier jaar gedraagt u zich nog steeds niet als een president maar als een klein kind. Een klein kind dat begint te huilen bij tegenslag. U duldt geen kritiek, maar alleen gelijkgestemde jaknikkers die u niet corrigeren. Want als iemand dat wel doet kan diegene vertrekken. U denkt dat de wereld maakbaar is, en alles moet daarvoor wijken.
Maar neem van mij aan, de wereld maken we met zijn allen. Daar hebben we iedereen bij nodig: man en vrouw, republikein en democraat, laag en hoog opgeleid, rijk en arm. De wereld zijn wij met elkaar.
En u kunt nog zo hard roepen, liegen, schreeuwen en bedriegen. Uiteindelijk hebben de mensen u door en zullen eerlijkheid, oprechtheid en echt leiderschap overwinnen.
Laten we hopen dat over vier jaar van beide partijen twee echte leiders opstaan om de Verenigde Staten daadwerkelijk weer Great te maken. Een land waar álle inwoners eerlijke kansen krijgen. Een land dat zich openstelt voor de wereld en een bijdrage levert aan de grote uitdagingen van de toekomst. Want die uitdagingen gaan ons allemaal aan. En dan is de wereld ineens een kleine maar unieke planeet in een groot heelal dat we samen moeten koesteren.
Hoop is er altijd. Dat zie ik aan de kinderen waar ik dagelijks mee werk. Deze kinderen stellen zich volwassener op dan u als president doet. Die oog hebben voor elkaar, leren van elkaar en vol vertrouwen en met positieve ambitie samen de toekomst in kijken. Daar hebben we mensen als u echt niet voor nodig.
Shame on you!
Niemand kan het alleen, op naar 2020
Als het einde van het jaar nadert vraagt onze moeder altijd hoe mijn zus en ik erop terugkijken. Wat waren hoogtepunten, wat wil je in het nieuwe jaar anders doen, waar kijk je naar uit? Nu ben ik wat dit soort onderwerpen betreft niet zo’n prater, maar vandaag tijdens het opruimen van de klas bedacht ik mij het volgende.
Terugkijkend naar alle foto’s (een handige manier om het jaar door te nemen, je stuit op onverwachte en soms vergeten gebeurtenissen) heeft 2019 vooral veel hoogtepunten opgeleverd. Van een mooie start in het Patronaat op 1 januari, via verschillende weekendjes weg, een fietsvakantie in Frankrijk, optreden op Koningsdag, veel, heel veel, sport en muziek, een eerste hardloopwedstrijd, het jubileumweekend van DSS, een prachtweek in Boston en New York tot mooie avonden met vrienden naar uiteindelijk een gezellige decembermaand. Twee dingen springen er voor mij toch uit.
Allereerst hebben we de afgelopen jaren in de familie ervaren dat het leven niet vanzelfsprekend en oneindig is. Daarom was het bijzonder dat we in 2019 voor het eerst in zo’n 20 jaar weer eens een week met het hele gezin op vakantie in Frankrijk waren. Fietsen, wandelen, uit eten gaan, spelletjes doen en vooral samen zijn. Van elkaar genieten zolang het kan, een mooi doel om ook in 2020 na te streven.
De tweede gebeurtenis draait om keuzes maken en doen waar je energie en plezier uit haalt. Na drie jaar vooral managementwerk te hebben gedaan kwam ik erachter dat het werken met en in groep 8 toch boven andere ambities staat. En de, redelijk egoïstische, keuze om weer vier dagen les te geven was denk ik de beste die ik in 2019 heb kunnen en mogen maken. Ik ben mij ervan bewust dat het sommige collega’s meer werk heeft opgeleverd, maar het is voor mij duidelijk geworden dat ik vooral wil lesgeven. Een jaar lang met een groep kinderen aan de slag gaan om te zorgen dat ze met plezier naar school gaan, zich kunnen ontwikkelen en we samen een goede plek op het voortgezet onderwijs vinden. Om uiteindelijk toe te werken naar een mooi afscheid van onze basisschool. Met 26 verschillende kinderen lukt dat misschien niet altijd voor iedereen, maar dat blijft wel het uitgangspunt en de uitdaging. Het levert energie en plezier op, waar hopelijk anderen ook weer door worden aangestoken. We hebben de komende jaren nog veel enthousiaste en betrokken collega’s nodig in het onderwijs.
Woensdag begint het jaar weer vertrouwd op het podium in het Patronaat. Bram en ik zingen ‘Ik kan het niet alleen’ van De Dijk. Het eindigt met de zin ‘Niemand kan het alleen’. En zo is het. Ik ben blij met zoveel fijne mensen om mij heen.
Ik wens iedereen een prachtig 2020 toe.